/
Zorgeffect Zorgpaden toegelicht

Zorgeffect Zorgpaden toegelicht

Inleiding

De rapportage 'Zorgpaden' voor locatie bevat verschillende grafieken die inzicht geven in de meest voorkomende uitkomsten. Deze uitkomsten worden getoond over zorgpaden en niet over behandeltrajecten (DBC's). In eerste instantie wordt een samenvatting getoond van de belangrijkste uitkomsten (indicatoren). Van een aantal uitkomsten wordt daaronder meer detailinformatie getoond.

In deze algemene beschrijving worden de standaard zaken beschreven die op alle grafiek onderdelen betrekking hebben.

Uitgangspunten

De volgende uitgangspunten gelden voor alle grafieken.

AspectUitgangspunt
Traject

De uitkomsten worden alleen getoond over trajecten, die voldoen aan de volgende voorwaarden:

  • Alle losse behandeltrajecten (DBC’s) van een cliënt met aaneensluitende datums worden aan elkaar gekoppeld, waarbij het laatste behandeltraject gesloten wordt met 1 van de drie volgende sluitredenen:
    • In onderling overleg beëindigd zorgtraject/ patiënt uitbehandeld (Voor DBC's: code 3)
    • Reden voor afsluiting bij behandelaar/ om inhoudelijke redenen (Voor DBC's: code 2)
    • Reden afsluiten bij patiënt/ niet bij behandelaar (Voor DBC's: code 1)
  • Het laatste behandeltrajecten is dus afgesloten.
  • Niet op elkaar aansluitende behandeltrajecten (periode tussen datums) zijn in principe niet geldig voor koppeling, maar moeten als verschillende zorgtrajecten beschouwd worden.
  • Behandeltrajecten, die betrekking hebben op verschillende primaire diagnoses worden niet aan elkaar gekoppeld. 
    • Bij het bepalen hiervan wordt rekening gehouden met de codes binnen de DSM-IV en DSM-V. 
Uitkomst

Een traject heeft een geldige uitkomst, wanneer alle benodigde metingen volledig voldoen aan alle eisen. Het voldoen aan alle eisen is afhankelijk van het type uitkomst en het meetdomein. Bijvoorbeeld:

  • Bij het meetdomein Cliënttevredenheid is alleen een geldige nameting nodig.
    • Voor de Zorgpaden rapportage betekent dit dat er een geldige nameting is bij het laatste behandeltraject. 
  • Bij het meetdomein Klachten en Symptomen zijn zowel een geldige voormeting als een geldige nameting nodig.
    • Voor de Zorgpaden rapportage betekent dit dat voor de voormeting er een geldige voormeting aanwezig moet zijn bij het eerste behandeltraject. Voor de nameting is het nodig dat er een geldige nameting is bij het laatste behandeltraject. 

Binnen SAM Zorgmonitor worden de eisen van meetdomeinen en meetinstrumenten vastgelegd.

Bepalen EffectIn hoofdstuk Bepalen van Zorgeffect wordt aangegeven hoe het behandeleffect bepaald wordt.

Aantallen

Onderaan elke pagina wordt informatie getoond over het aantal patiënten en zorgpaden. Het totaal wordt getoond, het aantal dat door de verschillende selecties met filters naar voren komt en het percentage van de selectie t.o.v. het totaal.

Voorbeeld

Overzicht selecties

Onderaan elke pagina wordt informatie getoond over de waarden die via de verschillende filters geselecteerd zijn.