Versions Compared

Key

  • This line was added.
  • This line was removed.
  • Formatting was changed.

Hieronder wordt beschreven hoe de verschillende rapportages, die de resultaten tonen per locatie van de zorgaanbieder werken.

De module bestaat uit verschillende functies, deze zijn hieronder toegelicht.

Wellicht ziet u minder of andere rapportages en knoppen dan opgenomen in deze informatiepagina. Uw omgeving is namelijk afgestemd op uw gebruik. Neem bij vragen contact op met uw implementatieconsultant of servicedesk@infinitcare.nl.

Table of Contents
maxLevel2
outlinetrue

Aanroepen en soorten pagina's

Expand
titleKlik hier om uit te klappen

Inleiding

Na het selecteren van het hoofdmenu "Zorgeffect' wordt een pagina getoond met de verschillende Effect rapportages. Tevens wordt een submenu getoond, waarmee naar andere Effect rapportages genavigeerd kan worden of om specifieke beheersfuncties aan te roepen, zoals Actualiseren en Download. In dit hoofdstuk wordt beschreven wat de effecten zijn per locatie van de zorgaanbieder. 

Image Removed

Rapportagemogelijkheden

Locatie

Binnen het submenu "Locatie" worden drie standaard rapportages opgeleverd, namelijk Dashboard, Standaard Overzicht (t-score) en Standaard overzicht (ruwe score). Deze pagina's worden hieronder in detail beschreven. 

  • Dashboard
  • Standaard Overzicht (t-score)
  • Standaard Overzicht (ruwe score)

Vanuit deze rapportages is het ook mogelijk om inzicht te krijgen in de effecten van de behandelaren. Door te klikken op een locatie wordt een identieke pagina getoond, waarbij de zorgresultaten van elke behandelaar, die gewerkt heeft voor de betreffende locatie getoond worden.

Deze pagina's worden hieronder in detail beschreven. 

Er worden ook rapportages per afdeling aangemaakt voor gebruikers die alleen gegevens van die afdeling mogen raadplegen. Of een rapportage per afdeling wordt aangemaakt is afhankelijk van de waarde van 'Rapportage-niveau voor Intelligence module' bij de inrichting van de organisatiestructuur.

Dashboard

Expand
titleKlik hier om uit te klappen

Inleiding

De rapportage 'Dashboard' toont op hoog niveau de status van een organisatie betreffende de belangrijkste outcome indicatoren. Per meetdomein kunnen er 3 indicatoren getoond worden. Afhankelijk van het meetdomein is er een specifieke inrichting.

Uitgangs- en aandachtspunten

De volgende uitgangspunten gelden voor alle grafieken.

Aspect
Uitgangspunt
BehandeltrajectDe uitkomsten worden alleen getoond van behandeltrajecten, die afgesloten zijn (de einddatum is bekend en ligt vóór de huidige datum)Uitkomst

Een traject heeft een geldige uitkomst, wanneer alle benodigde metingen voldoen aan alle eisen. Het voldoen aan alle eisen is afhankelijk van het type uitkomst en het meetdomein. Bijvoorbeeld:

  • Bij het meetdomein Cliënttevredenheid is alleen een geldige nameting nodig.
  • Bij het meetdomein Klachten en Symptomen zijn zowel een geldige voor- als een geldige nameting nodig, waarbij de respondent ook nog aan elkaar gelijk is.

Binnen SAM Zorgmonitor worden de eisen van meetdomeinen en meetinstrumenten vastgelegd.

Bepalen EffectIn hoofdstuk Bepalen van Zorgeffect wordt aangegeven hoe het behandeleffect bepaald wordt. Voor deze grafieken geldt de berekeningswijze, die gebaseerd is op de T-Score.Maak PDF van deze paginaVia deze knop is het mogelijk om van de getoonde informatie een PDF te maken.

Type indicatoren

De volgende indicatoren worden ondervangen. 

TypeVoorbeeldBeschrijvingMeter

Image Removed 

Image Removed

Image Removed

De grafieken van dit type tonen door middel van een meter het resultaat van de betreffende KPI.

  • De meter geeft aan wat de werkelijke waarde van de KPI is.
  • De dikke lijn in het overzicht geeft aan wat de doelstelling is, die is afgesproken
  • Het oranje vlak geeft aan dat wanneer de meter in dit vlak staat het resultaat niet conform de doelstelling is. 
  • Het blauwe vlak geeft aan dat wanneer de meter in dit vlak staat het resultaat wel conform de doelstelling is. 

Er zijn op dit moment 3 verschillende soorten meters, namelijk:

  • Het percentage hersteld voor meetdomeinen, die het effect conform ROM bepalen.
  • Het rapportcijfer voor meetdomeinen, die op een schaal van 0 tot 10 de waarde plotten, zoals bij cliënttevredenheid.
  • Het percentage uitval voor meetdomeinen, waarbij 1 waarde gecontroleerd wordt. 
Verloop (timeline)

Image Removed

Image Removed

Image Removed

De grafieken van dit type tonen het verloop van de betreffende KPI over de geselecteerde kwartalen. 

Tevens wordt de doelstelling getoond als referentiekader.

Er zijn op dit moment 3 verschillende soorten meters, namelijk:

  • Het percentage hersteld voor meetdomeinen, die het effect conform ROM bepalen.
  • Het rapportcijfer voor meetdomeinen, die op een schaal van 0 tot 10 de waarde plotten, zoals bij cliënttevredenheid.
  • Het percentage uitval voor meetdomeinen, waarbij 1 waarde gecontroleerd wordt. 
Verdeling (timebar)

Image Removed

Image Removed

Image Removed

De grafieken van dit type tonen per kwartaal de procentuele onderverdeling van verschillende mogelijke uitkomsten van de betreffende KPI over de geselecteerde kwartalen. 

Tevens wordt de doelstelling getoond als referentiekader.

Er zijn op dit moment 3 verschillende soorten meters, namelijk:

  • Het percentage per mogelijke uitkomst voor meetdomeinen, die het effect conform ROM bepalen. Zie de legenda voor de verschillende opties. 
  • Het percentage per mogelijke uitkomst voor meetdomeinen, die op een schaal van 0 tot 10 de waarde plotten, zoals bij cliënttevredenheid. In dit geval worden er 3 uitkomsten getoond. Zie de legenda voor de verschillende opties. 
  • Het percentage per mogelijke uitkomst voor de uitval rapportage.   

De informatie wordt altijd getoond over de geselecteerde dataset. Dit kan de gebruiker zelf bepalen door gebruik te maken van de filters. Tevens krijgt de gebruiker alleen die data te zien van de organisatieonderdelen waar de betreffende persoon bevoegd voor is (Nieuwe gebruiker aanmaken).

Filters

Bij deze rapportage zijn maar een beperkt aantal filters van toepassing. De doelstelling is om op hoog niveau inzicht te krijgen in de status van de organisatie. Voor detailinzichten zijn de detailrapportages bedoeld. 

Groep
Filter
Opmerking
PeriodeEinddatum vanDefault - 13 maanden terugPeriodeEinddatum tot en metOrganisatiestructuurOrganisatie niveau 1 OrganisatiestructuurOrganisatie niveau 2Afhankelijk van de inrichting van de organisatiestructuur wordt deze wel/niet getoond.OrganisatiestructuurOrganisatie niveau 3Afhankelijk van de inrichting van de organisatiestructuur wordt deze wel/niet getoond.TrajectZorgdomeinTrajectTrajecttype

Standaard Overzicht (T-score)

Met SAM Automeet kunnen ROM-metingen automatisch worden verstuurd zonder tussenkomst van behandelaren of zorgadministratie. Dit heeft twee voordelen:

  1. Het heeft grote impact op het responspercentage, met weinig uitval op het gebied van ongeldige metingen.
  2. Veel werk wordt uit handen genomen van de zorgadministratie of behandelaren die de metingen nu inplannen.

Vanuit de gewenste situatie wordt binnen SAM Automeet aangegeven (geplande acties) wanneer welke meetinstrumenten verstuurd moeten worden. Op basis van de aangeleverde EPD-data en de al aanwezige metingen wordt vervolgens bepaald of er een meting naar de cliënt of behandelaar verstuurd moet worden. Als dit het geval is, wordt een melding doorgegeven aan de betreffende ROM-applicatie die op haar beurt de meting verstuurt.

Een meting wordt uitgezet als: 

  • het behandeltraject aan de criteria voldoet van de geplande acties

  • er geen juiste meting aanwezig is in SAM of aangemaakt is binnen de ROM-applicatie.

Hoe werkt SAM Automeet

De module bepaalt op basis van EPD-data en uw meetproces het moment waarop een meting verstuurd moet worden. De ROM-applicatie krijgt dan een melding, waarna de vragenlijst wordt klaargezet en verstuurd naar de cliënt.



Image Added

De metingen kunnen worden ingeschoten in ROM-applicaties als QuestManager, TelePsy en NetQ.

Voorwaarden SAM Automeet

Er zijn enkele voorwaarden waaraan moet worden voldaan, om gebruik te kunnen maken van SAM Automeet

  • De zorgaanbieder heeft een ROM-applicatie welke geschikt is voor SAM Automeet.
  • De ROM-leverancier blijft verantwoordelijk voor het daadwerkelijk aanmaken en versturen van de meting.
  • Er is een interface tussen SAM Automeet en de ROM-applicatie, omdat hierdoor de cliëntinformatie binnen beide systemen identiek is.
  • Het uitzetten van metingen is gebaseerd op informatie in de DBC-systematiek.
  • Er kunnen over alle trajecten metingen worden ingesteld. De onderliggende parameters dienen wel aanwezig te zijn in de exportbestanden.
  • Voor een goede werking van SAM Automeet moeten de aanwezige ROM-metingen in SAM actueel zijn.

Inrichting SAM Automeet meetstructuur

Inleiding

De rapportage 'Standaard Overzicht (T-score)' bevat verschillende grafieken, die inzicht geven in de meest voorkomende uitkomsten. In eerste instantie wordt een samenvatting getoond van de belangrijkste indicator van elke uitkomst, daarna wordt in detail inzicht gegeven in verschillende indicatoren van elke uitkomst.

In deze algemene beschrijving worden de standaard zaken beschreven die op alle grafiek onderdelen betrekking hebben.

Uitgangs- en aandachtspunten

De volgende uitgangspunten gelden voor alle grafieken.

Uitkomsten van specifieke locaties

De uitkomsten, die hier getoond worden hebben betrekking op de genoemde locatie. Door bepaalde waarden te selecteren via de filters is het mogelijk voor specifieke cliëntgroepen de uitkomsten te bepalen voor de betreffende locaties. 

Uitkomsten van de selectie

De uitkomsten, die hier getoond worden hebben betrekking op het gemiddelde van de geselecteerde locaties. Door bepaalde waarden te selecteren via de filters (Organisatie niveau 1/2/3) is het mogelijk om alleen bepaalde locaties te zien. Het gebruiken van de filters heeft ook consequenties op de te tonen informatie. Dit in tegenstelling tot de uitkomsten die staan bij 'Instelling'.

Uitkomsten van de gehele instelling

De informatie die hier getoond wordt geldt voor alle behandeltrajecten van de instelling. Het gebruiken van filters heeft geen consequenties op de te tonen informatie. 

Grafiek: Samenvatting

Image Removed

Voorbeeld

De 'samenvatting' bestaat uit 5 verschillende onderdelen, die hieronder nader worden toegelicht.

Koptekst

De koptekst geeft in eerste instantie aan welke uitkomsten worden getoond en de wijze waarop. Verder is het tevens mogelijk om via het symbool "Image Removed" de sortering aan te passen. Hiermee is het mogelijk om voor de specifieke uitkomsten te bekijken welke locatie het beste resultaat heeft.

In de volgende paragraaf wordt voor elke uitkomst aangegeven hoe deze wordt berekend.

Doelstellingen / Legenda

Binnen de grafiek wordt d.m.v. de kleuren aangegeven of de doelstelling voor een bepaalde uitkomst door de betreffende locatie is gehaald. Het inrichten van deze doelstellingen vindt plaats via parameters binnen de SAM Zorgmonitor. Er zijn 3 verschillende mogelijkheden:

  • Doelstelling gehaald (Groen)
    • Door de locatie is voor de combinatie van een locatie en uitkomst indicator het aantal/percentage groter of gelijk dan de gedefinieerde doelstelling.
  • Doelstelling niet gehaald (Oranje)
    • Door de locatie is voor de combinatie van een locatie en uitkomst indicator het aantal/percentage kleiner dan de gedefinieerde doelstelling.
  • Geen doelstelling of metingen (Lichtgrijs)
    • Wanneer er geen doelstellingen zijn gedefinieerd binnen SAM Zorgmonitor of er zijn geen metingen gekoppeld aan de behandeltrajecten dan wordt de kolom van de betreffende uitkomst lichtgrijs gemaakt.

Uitkomstindicatoren

Binnen de samenvatting van het Standaard Overzicht wordt inzicht gegeven in de belangrijkste uitkomsten voor een zorgaanbieder. Binnen deze beschrijving wordt de standaard inrichting beschreven. Het is mogelijk dat een zorgaanbieder andere meetdomeinen inzichtelijk wil hebben. Dit is via parameters in te richten. In dat geval zal er tevens een nieuwe beschrijving gemaakt worden voor de gebruikers van de betreffende zorgaanbieder.

Belangrijkste uitkomst(indicator)(rood)

Een aantal uitkomsten hebben alleen betrekking op de belangrijkste uitkomst(indicator). De informatie in de betreffende kolommen wordt bepaald door de behandeltrajecten, die bij die uitkomstindicator ook gemeten zijn. Deze belangrijkste uitkomst wordt altijd getoond als derde indicator. In het geval van het voorbeeld is dat 'Klachten en Symptomen'.

Bovenstaande geldt voor de volgende uitkomsten:

  • T-score
  • Aantal gemeten
  • Behandelduur (Maanden / Ratio)

Percentage hersteld

Bij het percentage hersteld wordt voor een aantal meetdomeinen het percentage getoond van cliënten, die hersteld zijn door de behandeling. In het Standaard Overzicht betreft dit de meetdomeinen Functioneren, Kwaliteit van Leven en Klachten en Symptomen.

Het derde meetdomein wordt gezien als het belangrijkste meetdomein. Bij dat meetdomein (hier: Klachten en Symptomen) wordt naast het percentage hersteld ook nog de delta T-score getoond.

Verder wordt per uitkomstindicator altijd aangegeven hoeveel behandeltrajecten de uitkomst hebben bepaald.

Cliënttevredenheid

Bij Cliënttevredenheid wordt in de samenvatting het gemiddeld gegeven rapportcijfer en het aantal behandeltrajecten waarover dit berekend is, getoond.

Behandelduur

Bij Behandelduur wordt de gemiddelde behandelduur in maanden (einddatum traject - begindatum traject) getoond van die behandeltrajecten, die betrekking hebben op de belangrijkste uitkomst indicator.

Tevens wordt hier de uitkomst getoond van het behandeleffect per maand. De delta T-score wordt hierbij gedeeld door de gemiddelde behandelduur.

Uitval

Bij uitval wordt het percentage cliënten getoond, die eenzijdig de behandeling gestopt hebben. Dit percentage heeft betrekking op het totaal aantal afgesloten behandelingen.

Grafiek: Behandeleffect (ROM)

In deze paragraaf worden de rapportages nader toegelicht, die betrekking hebben op de meetdomeinen, die door middel van ROM gemeten worden. Bij het Standaard Overzicht gaat het hierbij standaard om:

  • Functioneren
  • Kwaliteit van Leven
  • Klachten en Symptomen.

Image Removed

Algemeen

Als voorbeeld wordt het meetdomein 'Klachten en Symptomen' genomen.

Uitkomstindicatoren

Bij Klachten en Symptomen wordt de uitkomst weergegeven in de mate van verbetering gebaseerd op de delta T-score (zie hoofdstuk Bepalen van Zorgeffect). Deze mate wordt uitgedrukt op verschillende manieren, namelijk een verdeling gebaseerd op de concepten van “klinisch significante verbetering” en “reliable change index” en de gemiddelde delta T-score (in grafiek en in waarde).

Reliable Change

Bij de Reliable Change wordt een procentuele onderverdeling getoond van de uitkomst van de behandeling. Er zijn 4 categorieën gedefinieerd, namelijk:

  • % Hersteld
    • De verbetering is klinisch significant en de eindscore valt binnen de normering van 'gezonde' personen
  • % Verbeterd
    • De verbetering is klinisch significant echter de eindscore valt niet binnen de normering van 'gezonde' personen
  • % Onveranderd (stabiel gebleven)
    • De verbetering is niet klinisch significant
  • % Verslechterd
    • De verbetering is klinisch significant en de delta T-score is negatief

Bij deze grafiek wordt de uitkomst bepaald op basis van de T-scores (zie hierboven).

Het is tevens mogelijk dat een deel van de behandeltrajecten als kenmerk "Onbepaald (grijs)" krijgen. Dit is het geval, op het moment dat er wel een geldige voor en nameting is, echter er geen T-score formule is. 

Delta T

Naast de procentuele onderverdeling wordt binnen deze grafiek ook informatie getoond over de T-scores. De volgende waarden worden getoond:

  • Delta T
    • De gemiddelde delta T van de behandeltrajecten, waarbij deze waarde getoond wordt in een grafiek en als waarde.
    • Bij de grafiek is een bovengrens gedefinieerd van maximaal 15.
  • Start T
    • De gemiddelde T-score van de voormeting
  • Eind T
    • De gemiddelde T-score van de nameting
    • Deze score is dus relevant om te bepalen of de cliënt binnen de normering van 'gezonde' personen valt.

Gemeten

Het aantal, dat bij Gemeten staat is het aantal behandeltrajecten dat bij deze uitkomstindicator een geldige uitkomst heeft.

Grafiek: Cliënttevredenheid

In deze paragraaf wordt de rapportage Cliënttevredenheid nader toegelicht.

Image Removed

Voorbeeld

Uitkomstindicatoren

Bij Cliënttevredenheid wordt de uitkomst weergegeven wat de mate van tevredenheid is van cliënten. Deze mate wordt uitgedrukt in 2 uitkomsten, namelijk het gemiddelde rapportcijfer en de verdeling van het rapportcijfer over de gescoorde waarden.

Rapportcijferverdeling

Bij de rapportcijferverdeling wordt een procentuele onderverdeling getoond van het rapportcijfer. Er zijn 3 categorieën gedefinieerd, namelijk:

  • <= 4
  • groter dan 4 en kleiner dan 8
  • >= 8

Rapportcijfer

Bij Cliënttevredenheid wordt het gemiddeld gegeven rapportcijfer getoond.

Gemeten

Het aantal, dat bij Gemeten staat is het aantal behandeltrajecten dat bij deze uitkomstindicator een geldige uitkomst heeft.

Grafiek: Uitval

In deze paragraaf wordt de rapportage Uitval nader toegelicht Bij uitval geldt dat deze bepaald wordt over alle afgesloten behandeltrajecten. Het wel of niet gemeten zijn heeft hierop geen invloed.

Image Removed

Voorbeeld

Uitkomstindicatoren

Bij Uitval wordt aangegeven wat de reden is waarom het behandeltraject beëindigd is. De belangrijkste uitkomst binnen deze rapportage is de mate waarop de behandeling voortijdig is gestopt door de cliënt (Uitval). Het is wenselijk dat dit percentage zo laag mogelijk is. Binnen deze grafiek wordt de verdeling van de redenen getoond. 

Reden einde

Bij de verdeling van de redenen waarom een traject is beëindigd wordt een procentuele onderverdeling getoond. Er zijn 6 categorieën gedefinieerd, namelijk:

  • % Voortijdig afgesloten: eenzijdig door de cliënt
  • % Andere financiering
  • % Beëindigd volgens plan
  • % Voortijdig afgesloten: eenzijdig door de aanbieder
  • % Voortijdig afgesloten: wegens externe omstandigheden

  • % Overig

Totaal

Het totaal betreft het aantal afgesloten behandeltrajecten van de locatie, selectie of instelling.

Aantallen

Onderaan de pagina wordt informatie getoond van het aantal patiënten, zorg- en behandeltrajecten, waarop de uitkomsten betrekking hebben. Het totaal, het aantal dat door de verschillende filters is geselecteerd en het percentage van de selectie t.o.v. het totaal worden getoond.

Image Removed

Voorbeeld

Overzicht selecties

Onderaan elke pagina wordt informatie getoond over de waarden die via de verschillende filters geselecteerd zijn. 

Image Removed

Expand
titleKlik hier om uit te klappen
Aspect
Uitgangspunt
BehandeltrajectDe uitkomsten worden alleen getoond van behandeltrajecten, die afgesloten zijn (de einddatum is bekend en ligt vóór de huidige datum)
Uitkomst

Een traject heeft een geldige uitkomst, wanneer alle benodigde metingen voldoen aan alle eisen. Het voldoen aan alle eisen is afhankelijk van het type uitkomst en het meetdomein. Bijvoorbeeld:

  • Bij het meetdomein Cliënttevredenheid is alleen een geldige nameting nodig.
  • Bij het meetdomein Klachten en Symptomen zijn zowel een geldige voor- als een geldige nameting nodig, waarbij de respondent ook nog aan elkaar gelijk is.

Binnen SAM Zorgmonitor worden de eisen van meetdomeinen en meetinstrumenten vastgelegd.

Bepalen EffectIn hoofdstuk Bepalen van Zorgeffect wordt aangegeven hoe het behandeleffect bepaald wordt. Voor deze grafieken geldt de berekeningswijze, die gebaseerd is op de T-Score.
Maak PDF van deze paginaVia deze knop is het mogelijk om van de getoonde informatie een PDF te maken.

Standaard Overzicht (Ruwe Score)

De inrichting van de meetstructuur vindt plaats in SAM bij Beheer/Taken/Beheer geplande acties. Daar kan een geplande actie gemaakt worden.


Image Added

Vervolgens kan het meetproces per meetinstrument worden ingericht.

De inrichting bestaat uit drie onderdelen:

  1. Specificatie van behandeltrajecten
  2. Bepaling geldigheidsperiode meting
  3. Bepaling meting en respondent

De onderdelen zijn in dezelfde volgorde in het blauwe, rode en groene kader aangegeven.


Image Added

Kies eerst de actie Genereren meting

Specificatie van behandeltrajecten

Deze instellingen bepalen voor welke behandeltrajecten het betreffende meetinstrument uitgezet moet worden.

  • Trajecttype: het financieringstype waar het behandeltraject betrekking op heeft.
  • Zorgdomein: het zorgdomein, waar het zorgtraject betrekking op heeft.
  • Minimum en maximum leeftijd patiënt: Alleen behandeltrajecten worden meegenomen, waarbij de leeftijd van de cliënt op het verwerkingsmoment hieraan voldoet.
  • Patiënttype ROM: Dit kenmerk kan door de zorgaanbieder bij de cliënt worden gedefinieerd binnen het EPD. In het geval dit veld meekomt in het in te lezen EPD-bestand, kan op basis van dit veld het traject nader worden gespecificeerd.
  • Taal: Dit kenmerk zorgt ervoor dat alleen van cliënten, waarbij in het EPD-bestand is aangegeven wat de specifieke taal is de betreffende behandeltrajecten geselecteerd worden. Dit kenmerk wordt vaak gebruikt bij Taal-specifieke meetinstrumenten. 
  • Welk traject: Dit kenmerk zorgt ervoor dat alleen alleen bij bepaalde trajecten (Initieel en/of alle Vervolg) een meting wordt uitgezet.

Bepaling geldigheidsperiode meting

Deze instellingen bepalen het moment waarop een meting uitgezet moet worden en de periode waarop deze ingevuld mag worden. 

  • Datum type: Het type datum (controle datum) dat als startpunt wordt genomen om de invulperiode van de meting te bepalen.

  • Afwijking ideale ROM-meetdatum t.o.v. datumtype in dagen: Het aantal dagen (negatief of positief) t.o.v. het datumtype, waarop de meting in principe zou moeten worden ingevuld door de respondent
  • Uitzetten meting na einde traject: Het kenmerk dat aangeeft of er nog metingen uitgezet moeten worden na het einde van het traject.
  • Meetperiode voor ideale ROM-meetdatum in dagen: Het aantal dagen vooraf aan de "ideale ROM-meetdatum". Dit kenmerk bepaald vanaf welk moment metingen worden uitgezet.
  • Meetperiode na ideale ROM-meetdatum in dagen: Het aantal dagen na de "ideale ROM-meetdatum". Dit kenmerk bepaald tot welk moment metingen ingevuld kunnen worden, voordat de meting de status missed krijgt.

Nb: De tijdseenheid (dagen, weken, maanden) kan ingesteld worden bij parameter 5.15 binnen beheer. Bij deze beschrijving wordt uitgegaan van "Dagen".

Bepaling meting en respondent

Hier wordt het te gebruiken meetinstrument aangegeven, het type respondent en een eventuele volgorde van de meetinstrumenten.

  • Meetinstrument: Het meetinstrument dat uitgezet moet worden. Hierbij wordt uit de in SAM bekende meetinstrumenten gekozen.
  • Meetinstrument code in ROM-systeem: Bij dit kenmerk wordt de eventuele codering van het meetinstrument ingevuld, zoals deze binnen het ROM-systeem bekend is. 
  • Type respondent: De respondent die de meting moet invullen. Hierbij wordt uit de in SAM bekende respondenten gekozen.
  • Volgorde meetinstrumenten: In het geval dat meerdere metingen tegelijkertijd worden verstuurd kan de volgorde worden aangegeven.

Met onderstaande instellingen wordt bepaald of er een meting moet worden uitgezet voor een traject. Er wordt geen rekening gehouden met niet ingevulde criteria.

Verwerken uitzetten metingen

Uitkomsten van specifieke locaties

De uitkomsten, die hier getoond worden hebben betrekking op de genoemde locatie. Door bepaalde waarden te selecteren via de filters is het mogelijk voor specifieke cliëntgroepen de uitkomsten te bepalen voor de betreffende locaties. 

Uitkomsten van de selectie

De uitkomsten, die hier getoond worden hebben betrekking op het gemiddelde van de geselecteerde locaties. Door bepaalde waarden te selecteren via de filters (Organisatie niveau 1/2/3) is het mogelijk om alleen bepaalde locaties te zien. Het gebruiken van de filters heeft ook consequenties op de te tonen informatie. Dit in tegenstelling tot de uitkomsten die staan bij 'Instelling'.

Uitkomsten van de gehele instelling

De informatie die hier getoond wordt geldt voor alle behandeltrajecten van de instelling. Het gebruiken van filters heeft geen consequenties op de te tonen informatie. 

Grafiek: Samenvatting

Image Removed

Voorbeeld

De 'samenvatting' bestaat uit 5 verschillende onderdelen, die hieronder nader worden toegelicht.

Koptekst

De koptekst geeft in eerste instantie aan welke uitkomsten worden getoond en de wijze waarop. Verder is het tevens mogelijk om via het symbool "Image Removed" de sortering aan te passen. Hiermee is het mogelijk om voor de specifieke uitkomsten te bekijken welke locatie het beste resultaat heeft.

In de volgende paragraaf wordt voor elke uitkomst aangegeven hoe deze wordt berekend.

Doelstellingen / Legenda

Binnen de grafiek wordt d.m.v. de kleuren aangegeven of de doelstelling voor een bepaalde uitkomst door de betreffende locatie is gehaald. Het inrichten van deze doelstellingen vindt plaats via parameters binnen de SAM Zorgmonitor. Er zijn 3 verschillende mogelijkheden:

  • Doelstelling gehaald (Groen)
    • Door de locatie is voor de combinatie van een locatie en uitkomst indicator het aantal/percentage groter of gelijk dan de gedefinieerde doelstelling.
  • Doelstelling niet gehaald (Oranje)
    • Door de locatie is voor de combinatie van een locatie en uitkomst indicator het aantal/percentage kleiner dan de gedefinieerde doelstelling.
  • Geen doelstelling of metingen (Lichtgrijs)
    • Wanneer er geen doelstellingen zijn gedefinieerd binnen SAM Zorgmonitor of er zijn geen metingen gekoppeld aan de behandeltrajecten dan wordt de kolom van de betreffende uitkomst lichtgrijs gemaakt.

Uitkomstindicatoren

Binnen de samenvatting van het Standaard Overzicht wordt inzicht gegeven in de belangrijkste uitkomsten voor een zorgaanbieder. Binnen deze beschrijving wordt de standaard inrichting beschreven. Het is mogelijk dat een zorgaanbieder andere meetdomeinen inzichtelijk wil hebben. Dit is via parameters in te richten. In dat geval zal er tevens een nieuwe beschrijving gemaakt worden voor de gebruikers van de betreffende zorgaanbieder.

Belangrijkste uitkomst(indicator)(rood)

Een aantal uitkomsten hebben alleen betrekking op de belangrijkste uitkomst(indicator). De informatie in de betreffende kolommen wordt bepaald door de behandeltrajecten, die bij die uitkomstindicator ook gemeten zijn. Deze belangrijkste uitkomst wordt altijd getoond als derde indicator. In het geval van het voorbeeld is dat 'Klachten en Symptomen'.

Bovenstaande geldt voor de volgende uitkomsten:

  • Ruwe score
  • Aantal gemeten
  • Behandelduur (Maanden / Ratio)

Percentage hersteld

Bij het percentage hersteld wordt voor een aantal meetdomeinen het percentage getoond van cliënten, die hersteld zijn door de behandeling. In het Standaard Overzicht betreft dit de meetdomeinen Functioneren, Kwaliteit van Leven en Klachten en Symptomen.

Het derde meetdomein wordt gezien als het belangrijkste meetdomein. Bij dat meetdomein (hier: Klachten en Symptomen) wordt naast het percentage hersteld ook nog de ruwe verschilscore getoond.

Verder wordt per uitkomstindicator altijd aangegeven hoeveel behandeltrajecten de uitkomst hebben bepaald.

Cliënttevredenheid

Bij Cliënttevredenheid wordt in de samenvatting het gemiddeld gegeven rapportcijfer en het aantal behandeltrajecten waarover dit berekend is, getoond.

Behandelduur

Bij Behandelduur wordt de gemiddelde behandelduur in maanden (einddatum traject - begindatum traject) getoond van die behandeltrajecten, die betrekking hebben op de belangrijkste uitkomst indicator.

Tevens wordt hier de uitkomst getoond van het behandeleffect per maand. De ruwe verschilscore wordt hierbij gedeeld door de gemiddelde behandelduur.

Uitval

Bij uitval wordt het percentage cliënten getoond, die eenzijdig de behandeling gestopt hebben. Dit percentage heeft betrekking op het totaal aantal afgesloten behandelingen.

Grafiek: Behandeleffect (ROM)

In deze paragraaf worden de rapportages nader toegelicht, die betrekking hebben op de meetdomeinen, die door middel van ROM gemeten worden. Bij het Standaard Overzicht gaat het hierbij standaard om Functioneren, Kwaliteit van Leven en Klachten en Symptomen.

Image Removed

Algemeen

Als voorbeeld wordt het meetdomein 'Klachten en Symptomen' genomen.

In bovenstaande grafiek ziet u bij een aantal locaties geen detailinformatie bij de ruwe scores. Dit komt, omdat bij die locatie de uitkomsten tot stand zijn gekomen door meerdere vragenlijsten. Omdat veel vragenlijsten allemaal een eigen schaal hebben is het niet mogelijk om hiervan een gemiddelde ruwe score te bepalen. Het is wel mogelijk om hiervoor een Reliable Change grafiek te maken. Door bij de filters een meetinstrument te selecteren wordt wel de waarde getoond bij de ruwe score.

Voorbeeld:

  • BSI: Range van 0 t/m 4
  • SCL90: Range van 90 t/m 360

Uitkomstindicatoren

Bij Klachten en Symptomen wordt de uitkomst weergegeven in de mate van verbetering gebaseerd op de ruwe score (zie hoofdstuk Bepalen van Zorgeffect). Deze mate wordt uitgedrukt op verschillende manieren, namelijk een verdeling gebaseerd op de concepten van “klinisch significante verbetering” en “reliable change index” en de gemiddelde ruwe score (in grafiek en in waarde).

Reliable Change

Bij de Reliable Change wordt een procentuele onderverdeling getoond van de uitkomst van de behandeling. Er zijn 4 categorieën gedefinieerd, namelijk:

  • % Hersteld
    • De verbetering is klinisch significant en de eindscore valt binnen de normering van 'gezonde' personen
  • % Verbeterd
    • De verbetering is klinisch significant echter de eindscore valt niet binnen de normering van 'gezonde' personen
  • % Onveranderd (stabiel gebleven)
    • De verbetering is niet klinisch significant
  • % Verslechterd
    • De verbetering is klinisch significant en de ruwe score is negatief

Bij deze grafiek wordt de uitkomst bepaald op basis van de ruwe scores (zie hierboven).

Het is tevens mogelijk dat een deel van de behandeltrajecten als kenmerk "Onbepaald (grijs)" krijgen. Dit is het geval, op het moment dat er wel een geldige voor en nameting is, echter er geen Reliable Change / Cut-Off parameter is. 

Ruwe Scores

Naast de procentuele onderverdeling wordt binnen deze grafiek ook informatie getoond over de ruwe scores. De volgende waarden worden getoond:

  • Ruwe verschilscore
    • De gemiddelde ruwe verschilscore van de behandeltrajecten, waarbij deze waarde getoond wordt in een grafiek en als waarde.
    • Bij de grafiek is een bovengrens gedefinieerd afhankelijk van het meetinstrument
  • Start Score
    • De gemiddelde ruwe score van de voormeting
  • Eind Score
    • De gemiddelde ruwe score van de nameting
    • Deze score is dus relevant om te bepalen of de cliënt binnen de normering van 'gezonde' personen valt.

Gemeten

Het aantal, dat bij Gemeten staat is het aantal behandeltrajecten dat bij deze uitkomstindicator een geldige uitkomst heeft.

Tijdens de nachtverwerking wordt bepaald voor welke behandeltrajecten er metingen uitgezet moeten worden. Bij het beoordelen voor welke behandeltrajecten een metingen uitgezet moet worden, wordt rekening gehouden met de volgende criteria:

  • Alleen voor behandeltrajecten die voldoen aan de criteria wordt gekeken of er een meting moet worden uitgezet.
  • Alleen die metingen worden uitgezet, waarvan startdatum van de meetperiode is verstreken en de einddatum nog niet.
  • Alleen voor die behandeltrajecten worden metingen uitgezet, wanneer er binnen de betreffende periode nog geen meting aanwezig is of er geen meting is aangemaakt binnen het ROM systeem zelf (controle via de ingelezen metingen).

Voorbeeld bepalen periode meetinstrument OQ45 (voormeting)

Image Added

Ingerichte regel

  • Datumtype: eerste afspraakdatum
  • Afwijking ideale ROM-meetdatum t.o.v. datumtype in Dagen: -10 dagen
  • Meetperiode voor ideale ROM-meetdatum in dagen: 5 dagen
  • Meetperiode voor ideale ROM-meetdatum in dagen : 15 dagen

EPD-data

  • De startdatum van het behandeltraject 1-2-2018
  • Intake: binnen het EPD bepaald als variabele "eerste afspraakdatum" aangeleverd: 1-3-2018
  • De Optimale invuldatum wordt dan: 1-3-2018 - 10 dagen => 19-2-2018
  • Het moment dat de meting uitgezet wordt vanuit de nachtverwerking: De Optimale invuldatum 19-2-2018 - 5 dagen => 15-2-2018
  • Het moment waarop de meting ingevuld moet zijn binnen het ROM-systeem: De Optimale invuldatum 19-2-2018 + 15 dagen => 6/3/2018


Expand
titleKlik hier om uit te klappen

Inleiding

De rapportage 'Standaard Overzicht (Ruwe Score)' bevat verschillende grafieken, die inzicht geven in de meest voorkomende uitkomsten. In eerste instantie wordt een samenvatting getoond van de belangrijkste indicator van elke uitkomst, daarna wordt in detail inzicht gegeven in verschillende indicatoren van elke uitkomst.

De uitkomsten binnen deze rapportage zijn allemaal gebaseerd op de ruwe score van de betreffende vragenlijsten. Dit betekent dat de meetdomeinen, die gebruik maken van ROM vragenlijsten anders worden berekend.

In deze algemene beschrijving worden de standaard zaken beschreven die op alle grafiek onderdelen betrekking hebben. Verder geldt dat deze beschrijving alleen, die inhoudelijke grafieken beschrijft die afwijkend zijn van Standaard Overzicht (T-Score), namelijk de samenvatting en behandeleffect (ROM). De andere grafieken zijn identiek als bij Standaard Overzicht (T-Score).

Uitgangs- en aandachtspunten

De volgende uitgangspunten gelden voor alle grafieken.

Aspect
Uitgangspunt
BehandeltrajectDe uitkomsten worden alleen getoond van behandeltrajecten, die afgesloten zijn (de einddatum is bekend en ligt vóór de huidige datum)
Uitkomst

Een traject heeft een geldige uitkomst, wanneer alle benodigde metingen voldoen aan alle eisen. Het voldoen aan alle eisen is afhankelijk van het type uitkomst en het meetdomein. Bijvoorbeeld:

  • Bij het meetdomein Cliënttevredenheid is alleen een geldige nameting nodig.
  • Bij het meetdomein Klachten en Symptomen zijn zowel een geldige voor- als een geldige nameting nodig, waarbij de respondent ook nog aan elkaar gelijk is.

Binnen SAM Zorgmonitor worden de eisen van meetdomeinen en meetinstrumenten vastgelegd.

Bepalen EffectIn hoofdstuk Bepalen van Zorgeffect wordt aangegeven hoe het behandeleffect bepaald wordt. Voor deze grafieken geldt de berekeningswijze, die gebaseerd is op de Ruwe Score.
Maak PDF van deze paginaVia deze knop is het mogelijk om van de getoonde informatie een PDF te maken.

Raadplegen metingen

Expand
titleKlik hier om uit te klappen

Na het aanmaken van de meting kunnen deze acties teruggevonden worden in SAM bij Beheer/Taken/Beheer geplande acties.

Bij Raadplegen uit te voeren metingen worden alle metingen weergegeven die door SAM zijn klaargezet om te worden verstuurd. 

Image Added

De detail informatie van een meting ziet er als volgt uit. 

Image Added

Een meting kan verschillende statussen hebben:

  1. Aangemaakt: Volgens de meetplanning is bepaald dat er een meting uitgestuurd moet worden. Deze is nog niet naar het ROM-systeem gestuurd.
  2. Verstuurd: Deze meting is naar het ROM-systeem gestuurd en door het ROM-systeem geaccepteerd.
  3. Fouten opgetreden: Deze meting is naar het ROM-systeem gestuurd en niet door het ROM-systeem geaccepteerd. Er zijn waarschijnlijk technische fouten opgetreden. Nader onderzoek is vereist.
  4. Niet nodig: Wanneer er een meting is ingepland, echter de vorige meting staat nog open, dan wordt de nieuwe meting niet opgestuurd naar het ROM-systeem.
  5. Herinnerd: Wanneer de meting nog openstaat en er is een nieuw meettraject bepaald wordt op de openstaande meting een herinneringsverzoek gedaan.


Raadplegen statistiek Automeet

Expand
titleKlik hier om uit te klappen

Het is mogelijk om een overzicht in te zien waarin is aangegeven hoeveel metingen via Automeet zijn verstuurd binnen een bepaalde periode. Deze functionaliteit is terug te vinden bij Beheer/Communicatie/Rapportage statistiek Automeet. 

Image Added

Het resultaat van de verwerking ziet er als volgt uit:

Image Added