Inleiding
Wilt u, nu en in de toekomst, controle over uw responspercentage? De SAM Respons module geeft inzicht in het huidige responspercentage en hoe deze verbeterd kan worden. Wilt u hier meer over weten of heeft u specifieke vragen, kijk dan hier bij SAM Respons.
De SAM Respons module geeft inzicht in de bouwstenen van het responspercentage en de Casemix. Daarnaast wordt de impact van potentiële procesaanpassingen op het respons getoond. Binnen de rapportages kunnen eenvoudig selecties worden gemaakt op onder andere locaties, behandelaren, periode, zorgdomein en zorgtype. SAM Respons kan gebruikt worden om te sturen op respons van DBC's, maar ook op trajecten die op andere wijze zijn gefinancierd.
Algemene informatie SAM Respons
Hieronder vindt u een omschrijving van de rapportages in SAM Respons.
Ziet u minder of andere rapportages en knoppen dan opgenomen in deze informatiepagina? Neem dan contact op met via axians@infinitcare.nl.
Table of Contents |
---|
Aanroepen en soorten pagina's
Expand | ||
---|---|---|
|
InleidingBinnen het menu van Zorg GGZ kan SAM Zorgmonitor geselecteerd worden, waarna u kunt kiezen tussen (Zorg-)Effect en Respons. Bovenin vindt u:
Selecteer 'Effect' voor SAM Zorgeffect en selecteer Respons voor SAM Respons. Onderaan elke pagina vindt u twee iconen, zodat u te allen tijde kunt wisselen van module. In SAM Respons krijgt u onderstaand submenu. U kunt ook naar de rapportages gaan om de behandelaar informatie in te zien. Opzet van elke paginaElke rapportage is op dezelfde wijze ingericht.
Overzicht selectiesOnderaan elke pagina wordt informatie getoond over de waarden die via de verschillende filters geselecteerd zijn. PDF-bestandenU kunt van elke rapportage met de gemaakte selecties een PDF-bestand maken. |
Bepaling van de respons
Expand | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| |||||||||||||||
Bepalen van de responsDe respons wordt bepaald op basis van de ingerichte koppelstructuur (zorgdomein / meetdomein / meetinstrument). Het uitgangspunt om het responspercentage te bepalen is dat op trajectniveau gekeken wordt wat de respons is en niet per meetdomein. Verplicht meetdomeinIs er bij een zorgdomein een verplicht meetdomein, dan wordt de respons van een traject bepaald door alleen naar dat specifieke meetdomein te kijken. In onderstaand voorbeeld is voor het zorgdomein "Volwassenen Cure" hetInleidingSAM Zorgmonitor van Zorg GGZ toont de respons van de behandeltrajecten. Verplicht meetdomeinBinnen Zorg GGZ is het meetdomein "Klachten en Symptomen" het verplichte meetdomein. Niet Verplicht meetdomeinIs er bij een zorgdomein geen verplicht meetdomein aangewezen, dan wordt de respons van een traject bepaald door naar alle meetdomeinen te kijken. Het beste resultaat over al deze meetdomeinen bepaald dan ook de respons van het traject., waarover de respons wordt bepaald, tenzij dit anders voor u is ingericht. Mogelijke uitkomstenEen traject behandeltraject kan 4 mogelijke de volgende uitkomsten hebben. In onderstaande opsomming wordt dit weergegeven.
BehandeltrajectenBij het bepalen van de respons wordt ook De respons wordt op basis van behandeltrajecten bepaald. Daarbij wordt gekeken naar de typering van de behandeltrajecten. Trajecten die geen inhoudelijke activiteit hebben worden gedefinieerd als 'niet meetbare' trajecten. In de meeste rapportages wordt alleen informatie getoond over de meetbare trajecten. |
De rapportages
trajecten. Bij trajecten zoals diagnostiek wordt er niet behandeld en worden daarom niet meegenomen in de bepaling van de respons (en van de uitkomsten). |
Totaaloverzicht
Expand | ||
---|---|---|
| ||
Hiermee ziet u Het totaaloverzicht toont in één oogopslag alle cruciale SBG-kengetallen van de respons, zoals responspercentage, het aantal afgesloten (DBC- en BasisGGZ)trajecten en het aantal geldige voor- en nametingen. Het betreft hier het totaal van alle trajecten, die in de SAM omgeving zijn ingelezen Het overzicht is gebaseerd over alle ingelezen trajecten.
|
Afgesloten trajecten
Expand | ||
---|---|---|
| ||
Een overzicht Het responsoverzicht van de afgesloten trajecten per maand, waarbijdat het aantal afgesloten trajecten en het percentage geldige voor- en nametingen zichtbaar zijntoont. Aan de rechterzijde wordt hetde respons getoond van alle geselecteerde trajecten. De opbouw daarvan vindt u in de vier andere grafieken die het beste met de klok mee vanaf linksonder gelezen kunnen worden. Alleen de behandeltrajecten ('meetbare' trajecten) worden binnenin deze rapportage meegenomen.
|
Openstaande trajecten
Expand | ||
---|---|---|
| ||
Het responsoverzicht van de openstaande trajecten per maand, dat het aantal openstaande trajecten en het percentage geldige voormetingen toont. Aan de rechterzijde wordt de respons getoond van alle geselecteerde trajecten. De opbouw daarvan vindt u in de twee andere grafieken. Een overzicht van de openstaande trajecten, waarbij het aantal trajectenbehandeltrajecten en hun percentage geldige voor- en nametingenvoormetingen zichtbaar zijn. Aan de rechterzijde wordt het percentage geldige voormetingen van alle geselecteerde openstaande trajectenbehandeltrajecten getoond. Daarnaast zijn er drietwee grafieken, waarbij de maand correspondeert met de maand waarin het traject gestart werd. Alleen de meetbare trajectenbehandeltrajecten worden binnen deze rapportage meegenomenmeegenomen.
|
Potentieel
title | Klik hier om uit te klappen |
---|
De rapportage Potentieel geeft (de frequentie van) de basisredenen, waarom metingen niet geldig zijn. Daarnaast geeft het dashboard de impact per reden op het respons.
Alleen de meetbare trajecten worden binnen deze rapportage meegenomen
Een traject kan drie statussen hebben: Geldige meting, geen meting en geen geldige meting.
Van de geen geldige metingen staan de oorzaken eronder vermeld.
Nb: Zoals in onderstaand voorbeeld te zien is kan het totaal van de individuele oorzaken hoger zijn dan het totaal van geen geldige metingen, omdat er meer dan één reden kan zijn dat een meting ongeldig is.
- Status ongeldig: De meting is door de cliënt niet volledig en/of goed ingevuld.
- Afnamemoment te vroeg: De meting is meer dan de geldige periode voor het eerste of laatste behandelcontact van het traject afgenomen.
- Afnamemoment te laat: De meting is meer dan de geldige periode na het eerste of laatste behandelcontact van het traject afgenomen.
- Foutief zorgdomein: Van het traject is wel een meting aanwezig, maar niet van toepassing voor het zorgdomein. Bijvoorbeeld, er is een DBC-traject met zorgdomein Volwassenen Cure. Daar is een Honos-meting van aanwezig, die voor het zorgdomein Volwassenen EPA van toepassing is.
- Foutief meetinstrument: Er is wel een meting, maar (de code van) het gebruikte meetinstrument is niet bij SAM herkend.
- Verplicht meetdomein niet aanwezig: Voor één of meer van de verplichte meetdomeinen voor het zorgdomein is geen geldige meting gevonden.
- Ander meetinstrument dan bij voormeting: Het meetinstrument voor de nameting verschilt van die van de voormeting.
- Andere respondent dan bij voormeting: De respondent van de nameting is een andere dan van de voormeting. Dit gebeurt vaak bij het zorgdomein Kinderen & Jeugd, waar bijvoorbeeld de moeder de voormeting invult en de vader de nameting.
- Marge tussen metingen te groot: De periode tussen de metingen is hoger dan het maximum dat voor het zorgdomein is gedefinieerd, in de regel 18 maanden.
- Marge tussen metingen te klein: De periode tussen de metingen is lager dan het minimum dat voor het zorgdomein is gedefinieerd.
In blauw is aangegeven hoe hoog het responspercentage had kunnen zijn indien alle afgenomen metingen geldig waren geweest. Dit is uw potentiële respons, deze is dus altijd gelijk of hoger dan uw huidige respons. Wijkt uw potentiële responspercentage veel af van uw huidige? Dan is er een grote verbetering mogelijk in het uitvoeren van geldige metingen.
Let op: Enkel de dik gedrukte percentages tellen op tot 100%. Een ongeldige meting kan immers wegens meer dan één redenen ongeldig bevonden worden.
Casemix
Expand | ||
---|---|---|
| ||
De casemix bestaat uit de volgende patiëntkenmerken: leefsituatie, opleidingsniveau, diagnose, postcode, geboortejaar, geslacht en GAF score. Zorgaanbieders worden geacht deze casemix-variabelen aan te leveren bij SBG. Er is pas sprake van een volledig 'geldige' casemix als alle variabelen worden aangeleverd. In de staafdiagram % Casemix totaal wordt het casemixpercentage per maand getoond. In de staafdiagram % Casemix per subgroep wordt het casemixpercentage per onderdeel getoond. De overige staafdiagrammen tonen de aanwezige casemix-variabelen per maand. Alleen de meetbare trajecten worden binnen deze rapportage meegenomen |
Voormetingen per locatie
Expand | ||
---|---|---|
| ||
Voormetingen per locatie laat het percentage en aantal geldige voormetingen per maand en per locatie zien. Dit overzicht is enkel zichtbaar als 'Organisatie niveau 2' is ingevuld bij beheer/organisatie. Wanneer het percentage boven de 80% is, wordt de achtergrond groen weergegeven, tussen de 50% en 80% is de achtergrond oranje en onder de 50% rood. Alleen de meetbare trajecten worden binnen deze rapportage meegenomen |
Nametingen per locatie
title | Klik hier om uit te klappen |
---|
Nametingen per locatie laat het percentage en aantal geldige nametingen per maand en per locatie zien. Dit overzicht is enkel zichtbaar als 'Organisatie niveau 2' is ingevuld bij beheer/organisatie.
Wanneer het percentage boven de 80% is, wordt de achtergrond groen weergegeven, tussen de 50% en 80% is de achtergrond oranje en onder de 50% rood.
Alleen de meetbare trajecten worden binnen deze rapportage meegenomen
Completers per behandelaar
Expand | ||
---|---|---|
| ||
Completers per behandelaar laat het percentage en aantal completers per maand en per behandelaar zien. Wanneer het percentage boven de 80% is, wordt de achtergrond groen weergegeven, tussen de 50% en 80% is de achtergrond oranje en onder de 50% rood. Alleen de meetbare trajecten worden binnen deze rapportage meegenomen |